Is John Cleese deel van het probleem?
Gisteren was ik getuige van de voorstelling van John Cleese met de veelzeggende titel Last Time To See Me Before I Die. Op het gebied van de verwachtingen die de titel opriep stelde John Cleese zeker niet teleur: hij leefde en de kans dat ik hem ooit nog eens weerzie is erg gering. De Standaard gaf de voorstelling een schamele ster wat niet helemaal onbegrijpelijk is voor wie niets heeft met de nostalgie van iconische televisiereeksen als Monty Pyton en Fawlty Towers. Zonder die factor leek de voorstelling op een moppentrommel zoals komieken die brachten voor de uitvinding van Stand up Comedy.
Dat is meteen ook mijn bedenking. Het baanbrekende Monty
Pyton gaf relevante commentaar op een fatsoenlijke naoorlogse samenleving. Niet
enkel waarden, normen en gedragingen
werden becommentarieerd, maar ook het verhaal zelf moest, naar de zeden van de
tijd, op de schop. De lach die daarop volgde was in meer dan een opzicht een
bevrijding (of therapeutisch zoals Cleese het in zijn show zelf noemt).
Vandaag betreurt Cleese dat we in vele delen van de wereld –
hij vermeldde expliciet London en de VS - in een samenleving zitten waar alle fatsoen overboord gegooid
lijkt. De Amerikaanse president die persoonlijk een Boeing 747 krijgt na een
gelukte deal met Quatar als laatste hallucinante exponent van deze evolutie.
Het brengt me bij de vraag of de jonge John Cleese en zijn mede-apostelen van
de absurde humor door hun houding van deconstructie gewoon uitermate goed de
tijdsgeest gevat hebben of deels mee nagels hebben geklopt in de doodskist van
de oude samenleving.
Vandaag lijkt het in ieder geval alsof we met heel de wereld
in een soort van permanente staat van Stand up Comedy beland zijn. Vrijwel
alles wat van waarde is, alles wat verhaal en vorm heeft wordt in onze brutale
meme-cultuur onvermijdelijk vroeg of laat door iemand radicaal belachelijk
gemaakt. Cynisme is humor zonder hoop en het internet mag bij die definitie wel
een zinkput van wanhoop genoemd worden. Iets waar we mensen – en zeker onze
jongeren – misschien niet al te veel aan willen blootstellen. Erg therapeutisch
lijkt de lach vandaag alvast niet meer te zijn.
Ik eindig met een andere veelzeggende opmerking van John
Cleese dat twee van zijn films, The Meaning of Life en The Quest for the Holy
Grail eigenlijk eenvoudige aaneenschakelingen van sketches waren binnen een
raamvertelling. Enkel Life of Brian heeft een volwaardig verhaal en net deze
parodie op het leven van Jezus – een verhaal dat ondertussen wel al even
meegaat - is met voorsprong het werk waar hij (terecht) het meest trots op is. Het
doet me besluiten dat ik, in het onwaarschijnlijke geval dat ik John Cleese nog
eens zou ontmoeten voor hij sterft, ik hem misschien wel de meest ware
dichtregel van Lucebert zou vertalen: Alles van waarde is weerloos … als het
hart van de tijd.
Reacties