Migraties en interculturele toekomst

Als directeur van het Centrum voor Gelijkheid van Kansen en voor Racismebestrijding drukte Johan Leman jarenlang zijn stempel op het Belgische integratiebeleid. In deze functie verwierf hij ook enige bekendheid bij een breed publiek als een gedreven maar ook zeer bekwaam voorvechter voor de rechten van minderheden en migranten.  Minder bekend is evenwel dat Leman voorheen kabinetschef was van Paula D’Hondt, de Koninklijk Commissaris voor het Migrantenbeleid. In dezelfde periode leidde zijn bemiddeling tot het ontstaan van de Executieve van de Moslims in België. Een constante in zijn werk blijft daarnaast zijn engagement voor het regionaal integratiecentrum De Foyer in Sint-Jans-Molenbeek. Dit alles maakt van Johan Leman een veldwerker, onderzoeker en beleidsmaker die inmiddels al vier decennia lang onafgebroken bezig is met alle vormen en aspecten van migratie en integratie. In een recent verschenen essay, maakt hij een inventaris op van de sterktes en zwaktes van het migratiebeleid van de afgelopen decennia en tracht hij enkele lijnen en aanbevelingen naar de toekomst uit te tekenen.

Leman start zijn betoog door de overgang te schetsen van klassieke gastarbeid naar de huidige vluchtelingenstromen die enkel nog kaderen in een klimaat van globalisering, verstedelijking en ontwikkelingsbeweging op wereldvlak. Als concrete oorzaken van deze nieuwe vormen van migratie identificeert hij oorlog, inkomensongelijkheid, bevolkingsgroei, klimaatproblemen en allerhanden vormen van huwelijk en gezinshereniging. Voor Leman bestaat een migratiebeleid in de eerste plaats in het uitwerken van een globaal en coherent plan dat de oorzaken van de huidige veelheid aan migraties aanpakt.
Vervolgens gaat Leman op zoek de principes waaraan een inclusieve samenleving moet voldoen om een mix aan migranten op te vangen. Hij stelt dat burgers het gevoel moeten hebben dat ze een fundamentele bijdrage kunnen doen aan de samenhang van de gemeenschap, waarbij vooral de arbeidsmarkt en politieke vertegenwoordiging van fundamenteel belang zijn. Daarnaast vereist een samenleving ook enige vorm van loyaliteit. Voor Leman zijn inclusie afstotende levensbeschouwelijke systemen en transnationalisme factoren die integratie belemmeren. En tenslotte dient er ook steeds een respect te zijn voor diversiteit. Overigens zijn deze principes niet enkel een opgave voor de immigranten. Ook de overheid en de inwoners van de ontvangende samenleving moeten stappen willen zetten.

Hoewel zijn essay reeds doorspekt is met heel wat concrete suggesties, besluit Leman zijn betoog met enkele concrete aanbevelingen. Hiervoor grijpt hij terug op de tien hefbomen uit het eerste rapport van Paula D’Hont uit 1989. Hoewel dit rapport uitgaat van een (laat-)gastarbeidersperspectief, blijven de hefbomen van toen relevant voor de situatie vandaag. Iets wat vooral aantoont dat de afgelopen decennia heel wat kansen gemist werden. Bovenop deze hefbomen zet Leman vooral in op een betere samenwerking tussen beleid en middenveld omdat dit voor hem de enige manier is om reeds bestaande wetgeving ook effectief uit te voeren. Bovendien zal een grotere betrokkenheid van eerstelijnswerkingen de overheid minder kwetsbaar maken voor antidemocratische tendenzen.
Met dit essay toont Johan Leman alvast overtuigend aan dat goed beleid tot een succesvolle multiculturele toekomst kan leiden.


REFERENTIE :

Johan Leman, Migraties en interculturele toekomst, Essay, Garant, Antwerpen, 2017, 75 blz., 13,20 euro, ISBN 978-30-441-3499-5.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Willem Barnard: Een Stille duif in de verte en Psalmgetier

Wannes Van de Velde (1937-2008): Groot Liedboek

Het land is moe: Waarom Drs. P. nog steeds leeft